Landstede Groep
   
Jaargang 3 | Editie 7 | Archief 2015 - 2019
Docent & meer

‘Moet ik lesgeven, heb ik een huwelijk of een rechtszaak?’

Sommige medewerkers hebben naast hun functie op school nóg een baan. In deze rubriek vertellen zij daarover. In deze editie Ronald Kamps, onderwijsassistent op het Thomas a Kempiscollege en daarnaast rechtbankverslaggever voor de Stentor en trouwambtenaar. Tot 2015 schreef hij jarenlang columns voor de Peperbus en de Stentor.

Waarom heb je een baan naast je werk op school?
‘Op de mavo en havo had ik geschiedenisdocenten die in hun eentje de slag bij Stalingrad konden naspelen. Bloed, zweet en tranen aan de binnenkant van de ruiten. Ik vond het heerlijk om te zien en te horen. Na mijn lerarenopleiding geschiedenis heb ik toneellessen gehad, schrijfcursussen gevolgd en een project over Nederlands-Indië opgezet. Daarvoor heb ik oud-Indiëgangers geïnterviewd. Bij het trouwambtenaar- en het schrijverschap kwamen al deze liefdes bij elkaar: schrijven, interviewen en presenteren. Daarnaast vind ik het fijn dat ik alles in eigen hand heb. Er is niemand die over mijn schouder meekijkt en mij op de vingers tikt.’

Is er een wisselwerking tussen de twee banen?
‘Bij het interviewen van bruidsparen en het bijwonen van rechtszaken ben je de observeerder. Je let op details en probeert op de een of andere manier de film helder voor ogen te hebben. Op school houd ik mij onder andere bezig met absenties. Leerlingen komen bij me met smoesjes, onrealistische verhalen en logische verklaringen waarom zij dát uur afwezig zijn geweest. Ze komen met kaf en met koren aanzetten. En ik moet uitmaken wat er wel en niet waar is. Doorvragen, checken en observeren zijn eigenschappen die dan goed van pas komen.

Wat is het belangrijkste voordeel van deze combinatie?
‘Het geeft me de mogelijkheid om andere kwaliteiten van mezelf aan te boren. Door iedere dag op een andere manier bezig te zijn, houd ik mijn hoofd op een of andere manier fris. Er zijn van die dagen waarop de wekker afloopt en ik half in dromenland even niet weet wat voor dag het is. Moet ik op de fiets naar TaK? Heb ik een huwelijk? Staat er een rechtszaak op de rol? Op die manier verras ik mijzelf elke dag.’

Zijn er ook nadelen?
‘Het kan druk zijn. En dan kan het gaan om het fysieke hol- en vliegwerk (trein halen, rechtszitting om 9.00 uur, huwelijk om 12.00 uur!) of om het geestelijke aspect. Dat er bijvoorbeeld verhalen in mijn hoofd zitten die half af zijn. Dan malen er zinnen en plotjes door mijn bovenkamer die onrust kunnen veroorzaken.’

Weten je leerlingen/studenten dat je ook nog ander beroep/bedrijf hebt?
‘Nee, leerlingen zijn er meestal niet van op de hoogte. Soms komen ze mij per toeval tegen in de krant. Tot en met maart stond mijn foto bij mijn column. Dat waren de momenten waarop leerlingen mij aanspraken op mijn stukjes. Eentje was zo lief geweest om het stukje uit te knippen en aan mij te geven. Bij de rechtbankverslagen ontbreekt mijn foto, zodat ik ook minder reacties krijg.’

Hoe reageren onderwijscollega’s erop?
‘Mijn columns waren altijd heel persoonlijk. Mijn gezin, vakanties, een tripje naar een stad of dorp in de buurt; niets was te klein of ik maakte er een stukje over. Een keer vroeg een collega wanneer mijn jongste naar Callantsoog ging. „Callantsoog?”, vroeg ik. „Hoe weet jij dat?”  Bleek ik er zelf over geschreven te hebben. Er hebben wat persoonlijke stukjes van mij op het prikbord gehangen. Vaak schoten collega’s mij daar op aan. En wat betreft het trouwambtenaarschap: ik heb vijf collega’s kunnen trouwen. Leuk om te doen.’




Vorige
Volgende
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10