Landstede Groep
   
Jaargang 3 | Editie 7 | Archief 2015 - 2019

In memoriam Paul Franken

Paul Franken (1947-2017) was een warme en betrokken directeur, een echt mensen-mens. Hij bezat de uitzonderlijke gave om niet boven, maar naast mensen te gaan staan. Paul was ook een man met een visie, een onderwijsontwikkelaar. Hij begon als directeur aan de Fuchsiastraat en vertrok later naar het Rechterland. Daar werd hij kartrekker van Talentvol Ontwikkelen, het traject waarbij de student en zijn talenten centraal kwamen te staan. In zijn vrije tijd draaide alles om sport.

‘Paul had altijd een glimlach op zijn gezicht. Kwam je hem in de gang tegen dan kreeg je steevast een leuke opmerking. Met een kwinkslag wist hij altijd wel ergens aan te refereren.’ Als ICT-coördinator leerde Rienk Geertsma Paul kennen toen deze begin 1996 als directeur begon bij - toen nog - De Factoor. Deze mbo-instelling bood aan de Fuchsiastraat in Zwolle middelbaar dienstverlenings- en gezondheidszorgonderwijs. ‘Paul investeerde in een goede relatie met de collega’s. Zo zat hij met de conciërges vaak al voor dag en dauw aan de koffie. Indrukwekkend vond ik dat.’

Liesbeth Ruinemans, destijds teamleider van de opleiding Onderwijsassistent, herkent die betrokkenheid. ‘Je kon gewoon bij hem binnenlopen voor raad en advies. Wie iets wilde bespreken zorgde dat hij of zij er om kwart over acht, voordat de hectiek begon, was. Dat persoonlijke lijntje vond hij heel belangrijk.’ 

Kleine kwajongen

‘Paul was een warm en hartelijk mens, veel meer dan een collega’, zegt Willy Schinkel, vanaf 1999 zijn secretaresse. ‘Toen ik ging scheiden hielp hij met verhuizen en met mijn verjaardag kwam hij altijd langs met bloemen. We waren een hechte eenheid: collega’s zeiden vaak “Als je Paul ziet dan zie je Willy ook”.’

Paul stond aan de Fuchsiastraat ook bekend om zijn humor. Willy: ‘Hij kon heerlijk baldadig en ongeremd zijn. Als kleine kwajongen met de brandslang de collega’s natspuiten.’ Paul was ook de drijfveer achter de ‘Leukste collega van het jaar’-verkiezing. Liesbeth herinnert zich zijn jaaropeningen nog goed: ‘Die waren beroemd. Zo stond hij een keer in zwembroek met flippers en duikbril op het podium.’ Rienk: ‘Die openingen zijn nooit meer zo leuk geworden als in de tijd van Paul Franken.’

Student echt centraal

Gedreven was Paul ook. ‘Bij hem stonden de studenten als geen ander echt centraal, hun ontwikkeling had zijn hart’, weet Coby Zandbergen, destijds als directeur verantwoordelijk voor communicatie en marketing. ‘Hij was een denker’, zegt ze, ‘had een visie op onderwijs waarbij hij vooral keek naar de pedagogiek, dus hoe studenten leren. Voor hem was dat de sleutel die leidde tot het ‘wat’: het leren van een vak, een beroep. Hij had een hele optimistische kijk op de student. Voor hem had elke student een talent, het is alleen aan de docent om dat boven water te krijgen.’

Ook Liesbeth zag dat het bij Paul om de student ging: ‘Toen we in september 1999 de opleiding Onderwijsassistent opzetten, keken we hoe we - voor die tijd revolutionair - meer gepersonaliseerd leren konden realiseren. Samen met het team ontwikkelde hij toen een startprogramma van acht weken voor nieuwe studenten, waarin ze hun zelf-, beroeps- en opleidingsbeeld verkenden. Daar had hij veel lol in. Een mooi concept, dat later breder in de organisatie is opgepakt en nog steeds - weliswaar in aangepaste vorm - wordt uitgevoerd.’ 

Een harde werker

Een goede coach die je stimuleerde je creativiteit te gebruiken, ook dat was Paul volgens Willy. Liesbeth beaamt dat: ‘Toen wij als team rond het brede schoolconcept een studiereis naar Engeland wilden organiseren, coachte Paul ons. Bijzonder, want vijftien jaar geleden waren studiereizen nog niet zo gewoon. Maar Paul vond het belangrijk voor het opdoen van kennis en inspiratie buiten de organisatie. Natuurlijk ging hij zelf ook mee.’

Alles deed hij met 200% inzet, was er om halfacht en ging laat naar huis. Willy: ‘Paul was een harde werker die hard, eigenlijk te hard was voor zichzelf. Vond hij dat iets af moest, dan werkte hij in het weekend door. Op een bepaald moment stak de conciërge daar een stokje voor: de deuren bleven dicht op zaterdag en zondag. Dat accepteerde hij dan ook wel weer.’

Berg papier

Paul schreef veel, produceerde een ontelbaar aantal documenten. ‘Vooral brondocumenten waarmee hij mensen kaders bood waardoor ze weer verder konden. Daar was hij een ster in’, weet Coby. ‘Paul had een lerende houding. Tijdens vergaderingen nam hij alles op wat hij maar op kon nemen’, vult Rienk aan.

Zijn werklust resulteerde in een ongelooflijke berg papier die hij in zijn kantoor stalde. Een groter kantoor - dat hij kreeg toen hij naar het Rechterland ging - hielp niet. Coby: ‘Binnen no time stonden daar ook overal stapels op de grond, in de vensterbank, op zijn bureau.’ Willy weet waarom: ‘Van ieder document bewaarde hij elke versie, vaak wel zes verschillende. Maar hij wist precies waar alles lag.’ 

Talentvol Ontwikkelen

Met de komst van Talentvol Ontwikkelen, ruim tien jaar geleden, kwam Paul naar het Rechterland. Willy ging op zijn verzoek mee als managementassistent. Samen met Theo van Geffen vormde hij de trajectleiding. Theo: ‘Hij voelde zich zeer vereerd dat het College van Bestuur hem vroeg dit te doen.’

‘De pionier en innovator die Paul was, hield ervan deze nieuwe stap - meedenken op beleidsniveau - te nemen’, weet Liesbeth, die in die tijd Landschapsmanager werd. ‘Zijn visie op persoonlijk onderwijs kon hij in Talentvol Ontwikkelen ten volste uitleven’, vult Rienk aan, die kadermanager examineren was geworden. De innovatiedag, die dit jaar voor de elfde keer binnen Landstede MBO plaatsvond, werd Pauls kindje.

De samenwerking met Theo liep niet vanzelf. ‘Dat we beiden een haanachtig karakter hadden droeg daar vast ook aan bij. Al groeiden we wel naar elkaar toe: we hadden een duidelijk uitgesproken opvatting over hoe het onderwijs binnen Landstede eruit moest zien. De grumpy old men van de Muppetshow uithangen, daar waren we bijzonder goed in. Ook hadden we beiden wel iets Don Quichot- en Sancho Panza-achtigs.’ 

Ongelooflijke veerkracht

Het werden tropenjaren. Jaren van heel hard werken en moeizaam resultaten scoren. Een langzaam en taai proces dat volgens Theo bij de voortvarende Paul weleens voor wat ongeduld zorgde. ‘Maar tegelijk zag je zijn ongelooflijke veerkracht’, zegt Coby. ‘Zat het tegen, dan was hij altijd degene die een stuk aanpaste of een nieuwe versie schreef en daar ook weer volledig in geloofde. Hij deed dat dan met een bewonderenswaardige gelijkmatigheid en rust: “Joh, gewoon door blijven typen” zei hij dan.’

Hij ging steeds harder werken, ging nog meer stukken schrijven. Om het in de hand te houden en vanuit de gedachte dat het dan vanzelf goedkwam. Het was zijn valkuil. Willy merkte dat Paul veranderde. ‘Hij was niet meer de enthousiaste Paul die ik kende.’ ‘Hij miste ook het contact met de werkvloer, als trajectleider stond hij toch meer op afstand’, zeggen Liesbeth en Willy. Regelmatig ging Paul nog naar de Fuchsiastraat; even koffiedrinken met de oud-collega’s. 

Fanatiek sportman

Maar opgeven? Dat nooit. Het paste ook niet bij de fanatieke sportman die hij was. Op het hockeyveld was hij gewend topprestaties te leveren. Hij speelde in het Nederlands veteranenelftal en won daarmee nog het EK.

Theo: ‘Als hij niet werkte, dan was hij aan het sporten. Hij schaatste, tenniste, liep halve marathons, roeide... Ik geloof dat hij wel negen sporten deed.’ Met een clubje enthousiastelingen organiseerde hij een Elfstedentocht voor roeiers, weet Liesbeth. ‘Daar had hij ontzettend veel plezier in.’ 

Glinsterende pretoogjes

In de laatste fase van zijn werkzame leven praatte hij met Theo veel over hoe hij zich voelde, over zijn zwaarmoedigheid. ‘In 2010, na de zomervakantie, zag ik dat het helemaal niet goed ging.’ Paul kwam thuis te zitten. Dat was moeilijk voor een man die - zoals zijn vrouw op zijn begrafenis zei -  zijn werk als zijn hobby zag.

Na een suïcidepoging in het voorjaar van 2010 werd Paul nooit meer de oude. Zijn collega’s hebben hem in het verpleeghuis nog lang bezocht. Op maandag 14 augustus overleed hij.

Op zijn begrafenis droeg Willy de Pandora-bedel die Paul haar op hun eerste werkdag aan het Rechterland had gegeven. Het was een blijk van waardering omdat ze met hem mee was gegaan. Ze beschouwt de nauwe samenwerking als een ongelooflijk mooi voorrecht: ‘Ik had mij geen betere leidinggevende kunnen wensen. Paul was een fantastisch mens. Zijn glinsterende pretoogjes: die vergeet ik nooit meer.’




Vorige
Volgende
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10